In de maneschijn,
in de maneschijn
klom ik op een trapje naar het raamkozijn.
En je raadt het niet.
en je raadt het niet,
zo doet een vogel,
en zo doet een vis,
zo doet een duizendpoot,
die schoenenpoetser is.
En dat is één,
en dat is twee,
en dat is dikke, dikke, dikke tante Kee,
en dat is recht,
en dat is krom,
en nu draaien we het wieltje nog eens om
Rom bom!
terug naar titels a-z